Volume 23, Issue 4

Abstract

Bij mijn eerste kennismaking met de instituties van de Nederlandse arbeidsmarkt was ik zeer verbaasd over de verschillen met de Amerikaanse instituties waarmee ik ben opgegroeid. Het heeft geleid tot een levenslange belangstelling voor oorzaken en gevolgen van verschillen in arbeidsmarktinstituties. Het onderwerp heeft economen veel problemen opgeleverd. In het licht van de huidige praktijk in de arbeidseconomie zal het misschien verbazen dat vlak na de Tweede Wereldoorlog een levendig debat plaatsvond in de Amerikaanse economenbladen over de vraag of economische theorie wel zinvol kon worden toegepast op arbeidsmarkten. De sceptici waren van mening dat institutionele invloeden op de arbeidsmarkt zo omvattend waren dat de benadering van de micro-economie amper relevant was voor de analyse van de arbeidsmarkt. In de visie van deze oudere institutionele traditie dienden collectieve onderhandelingen en andere instituties te worden beschreven en verder te worden genomen voor wat ze waren; analyse van effecten stond niet op de agenda. En dit was geenszins een Noord-Amerikaanse eigenaardigheid. Uit persoonlijke ervaring weet ik dat toen in 1972 de OECD een groep arbeidsmarktdeskundigen samenstelde, elke uitgenodigde 'expert' uit continentaal Europa een socioloog was, meestal met een marxistische overtuiging.

Loading

Article metrics loading...

/content/journals/10.5117/2007.023.004.003
2007-12-01
2024-03-28
Loading full text...

Full text loading...

http://instance.metastore.ingenta.com/content/journals/10.5117/2007.023.004.003
Loading
Keyword(s): instituties,corporatisme,cao,vakbonden

Most Cited Most Cited RSS feed