Volume 33, Issue 4

Abstract

Het (inmiddels ingetrokken) bod van Kraft Heinz om Unilever te kopen heeft nog eens duidelijk gemaakt hoe de topman van Unilever en onder andere voorzitter van de World Business Council for Sustainable Development, Paul Polman, moet balanceren tussen korte – aandeelhouderswaarde – en lange termijn – duurzaam – beleid (de Volkskrant, 4 maart 2017). Iets dergelijks ondervond AkzoNobel's toenmalige topman Ton Büchner toen hij het overnamebod van zijn Amerikaanse concurrent PPG afwees vanuit een 'multistakeholder'-benadering vanwege financiële risico's en 'het nadeel (…) voor de bijdrage van AkzoNobel aan het thema duurzaamheid' (Het Financieele Dagblad, 10 maart 2017). In dezelfde periode, zeker niet toevallig in verkiezingstijd, deden Philips, Ahold, Shell en Friesland Campina op initiatief van Unilever al een oproep aan het bedrijfsleven voor een modernisering van de economie door een 'positieve, alternatieve visie op lange termijn inzake voeding, water, vergrijzing, urbanisatie en duurzame energie' (de Volkskrant, 13 februari 2017). Dit onder het motto 'Global Problems. Dutch Solutions'. Zie ook in dit verband het SER-convenant Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO), gericht op arbeids- en mensenrechten, en het delen van kennis en ervaring daarover. Dat werd oktober 2016 gesloten door dertien banken, Buitenlandse Zaken, Financiën, werkgevers, werknemers en ngo's, met banken als 'corporate citizen' met 'hun maatschappelijke verantwoordelijkheid', aldus medeondertekenaar minister Jeroen Dijsselbloem (SER Magazine, november 2016). Overigens werd in juli 2016 ook een dergelijk convenant getekend voor de textiel- en kledingsector.

Loading

Article metrics loading...

/content/journals/10.5117/2017.033.004.003
2017-12-01
2024-03-29
Loading full text...

Full text loading...

http://instance.metastore.ingenta.com/content/journals/10.5117/2017.033.004.003
Loading

Most Cited Most Cited RSS feed