%0 Journal Article %A Benders, Jos %T Eromheen werken %D 2018 %J Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken, %V 34 %N 2 %@ 2468-9424 %R https://doi.org/10.5117/2018.034.002.018 %I Amsterdam University Press, %X De invoering van het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) is zonder twijfel een van de grootste veranderingen in de Nederlandse gezondheidszorg in het laatste decennium. Twee kenmerken hiervan zijn een garantie voor veel organisatorische ellende: complexe techniek en grootschalig, top-down veranderen. Het balanceren tussen voldoen aan zowel centrale als decentrale eisen en wensen vergt veranderkundige behendigheid, die de vaak technisch georiënteerde projectleiders niet altijd is gegeven. Blijleven presenteert een nuttige manier om hiermee om te gaan: het systematisch inspelen op 'workarounds', i.e. afwijkingen van de door het systeem voorgeschreven handelingen. Als gebruikers leren om te gaan met een systeem, gaan ze ook, bewust en onbewust, werkwijzen ontwikkelen die voor hen handig zijn en/of prettig werken. Terwijl systeemontwikkelaars dat snel interpreteren als ongewenst gedrag, kun je dit ook zien als lerend vermogen par excellence en proberen op dergelijk continu voortschrijdend gedrag te kapitaliseren. Blijleven heeft in een anoniem gehouden academisch ziekenhuis (de tweede promotor is overigens verbonden aan het AMC) een methode ontwikkeld en uitgeprobeerd om workarounds op te sporen, te categoriseren en vervolgens gepaste maatregelen te nemen. Met diverse dataverzamelingsmethoden zijn workarounds in drie processen in kaart gebracht en gecodeerd. Tevens zijn de gevolgen van workarounds in kaart gebracht: in welke mate leiden ze tot gewenste dan wel ongewenste gevolgen voor patiënt, medewerker en organisatie? In hoofdstuk 3 wordt een 'lean perspective' gehanteerd, welk organisatieconcept wordt ingevuld als 'het tegengaan van verspilling'. Belangrijk is de opmerking 'many types of waste occurred as a result of poor usability' (p. 56). In hoofdstuk 4 worden de redenen voor workarounds geclassificeerd, en worden hun gevolgen voor veiligheid, effectiviteit en efficiëntie in kaart gebracht. Daarbij komen onder meer drie niet eerder in de literatuur gesignaleerde redenen aan de orde: het beleid met betrekking tot datamigratie, gedwongen data-invoer, en 'task interference', in concreto de moeilijkheid om gedurende medisch onderzoek data in te voeren. Hoofdstuk 5 vat het voorgaande samen in een overkoepelend model. Hoofdstuk 6 presenteert een 'eerste stap' voor een modelleringstechniek om zorgprocessen in kaart te brengen. %U https://www.aup-online.com/content/journals/10.5117/2018.034.002.018