-
oa Reflecteren op denkwijzen van wetenschappelijk onderzoek
Reactie op de bijdragen van Evers, Moerman en Mortelmans
- Amsterdam University Press
- Source: KWALON, Volume 18, Issue 2, Jun 2013,
Abstract
Om te beginnen twee citaten willekeurig gehaald uit onderzoeksverslagen van studenten in een premastercursus Kwalitatief onderzoek. Het eerste citaat is uit het onderdeel ‘Resultaten’ van een verslag: ‘Vier van de zes respondenten gaven aan wel duidelijke initiatieven te hebben ondernomen om hun gezondheid op peil te houden.’ En het tweede citaat komt uit het onderdeel ‘Discussie’ van een ander verslag: ‘Een andere reden die op nader onderzoek duidt, is de grootte van de onderzoeksgroep, welke vrij klein is.’Dergelijke beschrijvingen – soms op een iets andere wijze verwoord – tref ik regelmatig aan in kwalitatieve onderzoeksverslagen, niet alleen bij premasterstudenten, maar ook bij masterstudenten die een kwalitatieve onderzoeksscriptie schrijven. Het zijn voorbeelden van zinnen waaraan naar mijn opvatting een vorm van ‘kwantitatief denken’ ten grondslag ligt. Ik ga er hierbij van uit dat deze studenten zich er niet bewust van zijn dat zij hun resultaten in een ‘kwantitatieve stijl’ weergeven. De zinnen zijn als het ware ‘automatisch’ geschreven.Als ik een dergelijke weergave van de resultaten aantref, beoordeel ik dat als onvoldoende. Bij het conceptverslag geef ik als commentaar dat tijdens de data-analyse gezocht is naar thema’s, concepten of categorieën en variaties daarbinnen, maar dat de resultaten nu zijn weergegeven in termen van aantallen respondenten die iets zeggen over het thema. Er wordt niet geredeneerd vanuit de verschillende aspecten van het thema die in de data zijn aangetroffen. Sommige studenten pakken dit commentaar goed op en geven hun resultaten weer vanuit het thema. Zij herkennen de redeneerwijze of het ‘discours’ passend bij de weergave van resultaten van kwalitatief onderzoek. Anderen blijven schrijven in termen van ‘sommige respondenten geven weer ...’ en lijken de vertaalslag niet te kunnen maken naar een ‘kwalitatieve redeneerwijze’.Bovenstaande kwantitatieve redeneerwijzen lagen ten grondslag aan de uitspraak ‘dat studenten na de cursus kwalitatief onderzoek toch blijven denken in “kwantitatieve termen”’. Ik neem deze studenten niets kwalijk, omdat ik mezelf ook – net zoals Moerman – regelmatig betrap op ‘kwantitatief denken’.In de beantwoording van de vraag ‘wat (dan) adequate strategieën zijn om de identificatie bij studenten van wetenschap met kwantitatief denken te doorbreken’ geven Evers, Moerman en Mortelmans respectievelijk weer: