-
oa Het Sferische model van beroepsinteresses en de volledige en verkorte Nederlandstalige Personal Globe InventoryGraag bedanken wij professor Terence Tracey voor het beschikbaar stellen van de PGI. Het copyright van de PGI en de Nederlandse vertaling ligt bij prof. Tracey ([email protected]). Eveneens bedanken wij Sandra Kok, Mirte Post, Natasja Overman, Martine Schut, Rika Mohesi, Loen van Gulick, Angela Bijnsdorp, Elin Hellqvist, Eveline Kreuk, Jim Molenaar, Leontine Hoekemeijer en Roos Pluimers voor hun hulp met de dataverzameling en Cecilia Runneboom en Cindy Burton voor hun feedback op eerdere versies van dit manuscript.
- Amsterdam University Press
- Source: Gedrag & Organisatie, Volume 33, Issue 1, Mar 2020,
Abstract
In Nederland en Vlaanderen wordt veelvuldig gebruikgemaakt van interessevragenlijsten bij (studie)loopbaanvraagstukken. In tegenstelling tot de populariteit van deze vragenlijsten in de praktijk wordt er relatief weinig wetenschappelijk onderzoek gedaan naar beroepsinteresses in het Nederlandse taalgebied. In dit artikel wordt het Sferische model van beroepsinteresses geïntroduceerd, evenals de Nederlandse vertaling van de Personal Globe Inventory(PGI; Tracey, 2002) als een meetinstrument voor dit model. Het Sferische model voegt Prestige-interesse als derde interessedimensie toe aan de traditionele tweedimensionale circumplex van beroepsinteresses. Verder deelt het Sferische model de traditionele circumplex op in acht in plaats van zes interessegebieden. Aan de hand van 12 steekproeven uit Nederland en Vlaanderen is de kwaliteit van de PGI-lang en PGI-kort onderzocht. De psychometrische kenmerken van de Nederlandse vertaling van de PGI-lang en PGI-kort bleken acceptabel tot uitstekend: de items van de vragenlijst laadden grotendeels op de bedoelde schalen, de schalen correleerden volgens een circumplexordening, en de betrouwbaarheden waren acceptabel. De grootste sekseverschillen werden gevonden op mensen-versus-dingen interesse en Prestige-interesse was iets sterker bij jongere deelnemers en hoogopgeleiden. Toekomstig onderzoek kan zich richten op het beter begrijpen van de inhoud van Prestige-interesse en de betekenis van deze dimensie voor (studie)loopbaanprocessen en -uitkomsten.