-
oa Kroniek van de taalkunde 2012
- Amsterdam University Press
- Source: Internationale Neerlandistiek, Volume 51, Issue 1, Feb 2013, p. 60 - 68
Abstract
Mijmering, alweer.
Vorig jaar begon mijn kroniek (IN 50/1) met een mijmering, waarin ik aandacht heb besteed aan de gevolgen van het toenemende gebruik van het Engels als lingua franca voor het Nederlands, voor het taalkundig onderzoek naar het Nederlands en voor ons onderwijs. In een recent verschenen artikel heeft Marc van Oostendorp (2012a) de gevolgen van het gebruik van het lingua franca-Engels in Nederland vanuit een andere invalshoek onderzocht. Hij gaat na wat de gevolgen zijn niet zozeer voor het Nederlands, maar vooral voor het gebruik van andere talen. Hij concludeert dat het toenemend gebruik van het Engels niet schadelijk is voor het Nederlands, maar wel voor de kennis en het gebruik van andere talen, waar Nederlanders nog in de vorige eeuw om bekend stonden. Nederland is volgens hem op weg een tweetalig land te worden (en dus niet meertalig). Met deze analyse ben ik het eens, al denk ik dat het nog steeds toenemende gebruik van het Engels wel degelijk gevolgen heeft ook voor de positie en het gebruik van het Nederlands in een hele reeks van (vooral prestigieuze) functies.