- Home
- A-Z Publications
- Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken
- Previous Issues
- Volume 36, Issue 2, 2020
Tijdschrift voor Arbeidsvraagstukken - Volume 36, Issue 2, 2020
Volume 36, Issue 2, 2020
-
-
Arbeidsmigranten in Nederland en België
Authors: Ive Marx & Roel SchoutetenVlak voor de coronacrisis met ontzagwekkende kracht toesloeg, deden bedrijven in Nederland en Vlaanderen nog massaal een beroep op buitenlandse arbeidskrachten. Dat betrof dan mensen die uit de buurlanden kwamen of uit landen verder weg. De coronacrisis bracht maatregelen die ooit ondenkbaar leken, zoals het sluiten van de grenzen binnen Europa. Dat bracht veel bedrijven in nog grotere problemen. Landbouwbedrijven zagen oogsten verloren gaan bij gebrek aan arbeidskrachten. De bouwsector kwam handen te kort. Buitenlandse werknemers konden niet meer komen of wilden niet meer komen. Het bood een perfecte illustratie van hoe afhankelijk Nederland en België waren geworden van buitenlandse arbeid.
-
-
-
Tijdelijke Europese arbeidsmobiliteit richting Nederland en België: zelfde trend, andere vorm
Authors: Frederic De Wispelaere, Ludo Struyven & Jozef PacoletIn deze bijdrage proberen we een accuraat beeld te schetsen van het profiel, de omvang en de impact van tijdelijke transnationale arbeidsmobiliteit richting Nederland en België. Beide economieën zijn als het ware 'zwarte gaten', die in grote mate transnationale arbeidsmobiliteit aantrekken, en waarbij de toegang ertoe een draaideur is geworden voor tijdelijke buitenlandse arbeidskrachten. De belangrijkste vorm van tijdelijke transnationale arbeidsmobiliteit richting de Nederlandse en de Belgische economie verschilt evenwel. In Nederland wordt veelal gebruikgemaakt van tijdelijke (circulaire) arbeidsmigranten die toetreden tot de Nederlandse arbeidsmarkt via het vrije verkeer van werknemers. België kent dan weer een grote instroom van gedetacheerde werknemers via het vrije verkeer van diensten. Nationale tewerkstellingsstatistieken houden echter onvoldoende rekening met de in- en uitstroom van arbeidskrachten via het vrije verkeer van diensten. Hierdoor ontstaat een onvolledig beeld van het aantal personen dat op een bepaald moment aan het werk is in een land. Als casestudie is de omvang ervan nagegaan voor België.
-
-
-
De vele gezichten van nieuwe arbeidsmigratie
Authors: Dries Lens, Ninke Mussche & Ive MarxIn de afgelopen decennia toonde de literatuur over 'nieuwe migratie' de transformatie aan van internationale migratie naar Europa van een permanente vestigingsmigratie naar vormen van migratie die meer divers, tijdelijk en vloeiend van karakter zijn. Wij dragen bij aan deze literatuur door aan te tonen dat arbeidsmigratie in Europa een juridisch-institutionele diversificatie van migrantenstatussen ondergaat buiten de categorieën die in de huidige nieuwe-migratieliteratuur worden verondersteld, en zelfs buiten de grenzen van de EU-lidstaten. Met behulp van unieke en gedetailleerde gegevens voor België stellen we dat de aanzienlijke stroom van arbeidskrachten binnen de EU gebaseerd op het vrij verkeer van diensten (detachering) minstens zo belangrijk is in het vormgeven van die nieuwe migratie. Bovendien wordt detacheringsmobiliteit zelf in toenemende mate gebruikt als toegangspoort voor arbeidsmigranten uit derde landen, als gevolg van de jurisprudentie van het Europees Hof. Deze diversificatie zou ons moeten stimuleren om onze notie van arbeidsmigratie in Europa uit te breiden tot verschillende vormen van arbeidsbewegingen.
-
-
-
Relatief weinig internationale kenniswerkers in Nederland
More LessIn dit onderzoek is de omvang en samenstelling van de groep internationale kenniswerkers in Nederland vergeleken met andere Europese landen. Hiervoor is gebruikgemaakt van Labour Force Survey data van 14 Europese landen. Nederland telde in de periode 2016-2018 gemiddeld 383.000 internationale kenniswerkers. Dat is 4,2% van de Nederlandse beroepsbevolking. Vergeleken met andere Europese landen is dat bescheiden. Ook de groei bleef achter bij de meeste andere landen. Met twee derde van de internationale kenniswerkers werkt in Nederland een relatief groot deel op het hoogste beroepsniveau, en met een vijfde was het aandeel zelfstandigen in Nederland het grootst van de onderzochte landen.
-
-
-
In het web van de arbeidsuitbuiting
Authors: Hanne Vandermeerschen & Lieselot VanduynslagerArbeidsuitbuiting blijft vaak onder de radar, maar in de praktijk komt het ook in België relatief vaak voor. Migranten vormen hierbij de risicogroep bij uitstek, in het bijzonder – maar niet uitsluitend – personen zonder wettig verblijf. In een kwalitatief onderzoek naar ernstige arbeidsuitbuiting voerden we in 2017 twintig individuele semigestructureerde interviews en twee focusgroepen met buitenlandse werknemers met recente ervaringen van ernstige arbeidsuitbuiting. Doel van het onderzoek was om inzicht te verwerven in de concrete situaties en vormen van arbeidsuitbuiting bij migranten in België, de risicofactoren, de toegankelijkheid van hulp, en preventiemogelijkheden. In deze bijdrage ligt de focus op de risicofactoren voor arbeidsuitbuiting. Economische noodzaak en kwetsbaarheid gelinkt aan verblijfsstatuut (of gebrek eraan), en de hieruit resulterende afhankelijkheid van de werkgever, bleken belangrijke factoren die buitenlandse werknemers kunnen vasthouden in een web van arbeidsuitbuiting, met weinig opties om te weigeren of op te stappen. Dit onderzoek kadert in een bredere studie in opdracht en onder leiding van het European Agency for Fundamental Rights (FRA), met als projectnaam 'Severe forms of labour exploitation – workers' perspectives'. Hierbij was België een van de acht deelnemende landen.
-
-
-
De invloed van werkomstandigheden in Nederlandse distributiecentra op inzetbaarheidsovertuigingen van Hongaarse free movers
Authors: Panna Kerti & Brigitte KroonBij hun transitie naar de arbeidsmarkt van West-Europese EU-lidstaten komen Midden- en Oost-Europese free movers vaak terecht in laagbetaalde banen met precaire werkomstandigheden. Centraal in dit onderzoek staat de vraag hoe Hongaarse free movers hun inzetbaarheid beleven in de context van hun levensloop, hun opleiding, hun ervaringen in Nederland en de werkomstandigheden in Nederlandse distributiecentra. Uit analyse van 18 fenomenologische interviews blijkt dat Hongaarse free movers vaak te maken hebben met precaire werkomstandigheden in distributiecentra, die leiden tot de onmogelijkheid om Nederlands te leren, uitputting van energiereserves en een onzekere financiële situatie. Vaak valt dit samen met een levensloop die wordt gekenmerkt door verlieservaringen, waardoor ook werknemers met een voltooide vervolgopleiding en relevante werkervaring de overtuiging missen dat zij een baan zullen vinden die zij werkelijk ambiëren. Deze bevinding is in overeenstemming met de conservation of resources theory, die stelt dat het verlies van hulpbronnen leidt tot stress en onzekerheid, wat proactief gedrag dat nodig is voor het verbeteren van een positie op de arbeidsmarkt hindert.
-
-
-
Meer of minder?
More LessMomenteel is er nogal wat te doen over het gebruik van Nederlandse werkloosheidsuitkeringen (WW) door Poolse arbeidsmigranten. Dit artikel geeft inzicht in het gebruik van de WW. Het totale beroep op de WW wordt bepaald door de instroom in de WW, alsook door het aantal maanden dat een werkloze een uitkering ontvangt en door de hoogte van de uitkering. Op basis van registratiedata zijn onze bevindingen dat het effect van een kortere verblijfsduur en van een lagere uitkeringshoogte het totale uitkeringsbeslag vermindert. Tegelijkertijd heeft de grotere instroom in de WW, die voor Oost-Europese arbeidsmigranten hoger is dan voor Nederlandse werknemers, een positief effect op het totale uitkeringsbeslag. De combinatie van de verschillende effecten leidt tot de conclusie dat het totale uitkeringsbeslag op de WW door Oost-Europese arbeidsmigranten niet sterk afwijkt van dat van Nederlandse werknemers.
-
-
-
Retourmigratie en arbeidsmarktsucces van arbeidsmigranten
More LessDe vraag of migranten bijdragen aan de economische groei van ons land speelt een sleutelrol in het migratiedebat. Het succes van immigranten op de arbeidsmarkt wordt meestal gemeten aan de hand van de arbeidsmarktpositie en de groei van hun inkomen tijdens het verblijf in het gastland.
Een groot deel van de arbeidsmigranten vertrekt weer uit ons land. Het is zeer waarschijnlijk dat de retourmigratie van arbeidsmigranten samenhangt met hun succes, arbeidsparticipatie en/of inkomen op de Nederlandse arbeidsmarkt. In deze bijdrage ga ik in op de relatie tussen retourmigratie en arbeidsmarktsucces, en bespreek ik de verschillende theorieën en de resultaten van empirisch onderzoek op basis van de instroom van arbeidsmigranten tussen 1999 en 2007 in Nederland.
In alle empirische analyses is zowel de verblijfsduur van de migranten in Nederland als de tijd in de verschillende arbeidsmarkttoestanden gemodelleerd in termen van een hazard-model. In deze modellen is expliciet rekening gehouden met selectie-effecten, door de verschillende hazards onderling afhankelijk te laten zijn.
Het empirisch onderzoek laat zien dat retourmigratie van arbeidsmigranten in Nederland deels verklaard kan worden uit target-savers-gedrag, succesvolle migranten die snel weer vertrekken, en deels uit retourmigratiegedrag gebaseerd op verkeerde arbeidsmarktverwachtingen, migranten die vertrekken nadat ze werkloos worden of een lage loongroei ervaren.
-
-
-
Nieuwe Zeeuwen uit Spanje
More LessZeeuws-Vlaanderen behoort met Noordoost-Groningen en Zuid-Limburg tot de krimpgebieden in Nederland. Verschillende factoren dragen daaraan bij, maar zeker één daarvan is dat jongeren gedwongen zijn hun hbo-opleiding buiten de regio te zoeken en daarna veelal niet terugkeren. De bevolkingskrimp die mede het gevolg is van deze uitstroom brengt de continuïteit van basisvoorzieningen, zoals scholen en zorgorganisaties, in gevaar en bedreigt op langere termijn ook de florerende economie in Zeeuws-Vlaanderen.
-
-
-
It's the demography, stupid!
Authors: Karel Neels, Julie Maes, Naomi Biegel & Jonas WoodDe arbeidsmarkt in Vlaanderen werd de voorbije jaren gekenmerkt door een historische daling van het werkloosheidscijfer – tot 2,9% in het vierde kwartaal van 2019 – en een dienovereenkomstige toename van de arbeidsmarktkrapte (STATBEL, 2020; WSE, 2019). Ook nationaal bereikte het werkloosheidscijfer in 2019 zijn laagste peil sinds 1975 (figuur 1a). Het toenemende onevenwicht tussen vraag en aanbod leek condities te creëren die de komende jaren zouden kunnen leiden tot een langverwachte inhaalbeweging van groepen die tot dan toe werden gekenmerkt door een minder gunstige arbeidsmarktpositie, waaronder mannen – maar vooral vrouwen – met een migratieachtergrond. Het uitbreken van een pandemie in het voorjaar van 2020 lijkt dat toekomstperspectief van de ene dag op de andere op losse schroeven te hebben gezet. Een forse krimp van het bbp lijkt in 2020 onafwendbaar, en ook de vrees voor een langdurige economische recessie neemt toe (Gopinath, 2020; NBB, 2020). De discussie over arbeidsmarktkrapte heeft plaatsgemaakt voor bespiegelingen over de huidige piek in tijdelijke werkloosheid, en de mate waarin die zich op termijn zal vertalen naar stijgende werkloosheidscijfers. De gedifferentieerde impact van eerdere recessies suggereert dat ook ditmaal een toename van de werkloosheid zich disproportioneel zal laten voelen in de positie van arbeidsmarktintreders, 50-plussers, personen met een migratieachtergrond en personen met een beperking.
-
-
-
Peter G.W. Smulders (1939-2020): factchecker avant la lettre
By Frank PotOp 15 januari 2020 presenteerde de WRR in Pakhuis De Zwijger het rapport Het betere werk: De nieuwe maatschappelijke opdracht aan minister Koolmees en vertegenwoordigers van de Nederlandse polder. We hadden daarvoor samen ingeschreven, maar Peter kon het fysiek niet meer opbrengen. Kort daarna bracht ik hem een exemplaar van het rapport. Hij was heel blij met de adviezen van de WRR. Toen ik hem erop attendeerde dat er in het rapport vijftien keer aan acht publicaties van hem werd gerefereerd, ontlokte dat hem slechts een tevreden glimlach. Die reacties zijn typerend voor Peter. Zijn inzet was om met onderzoek een bijdrage te leveren aan beleid op het gebied van arbeidsvraagstukken. Hij hoefde niet persoonlijk in de schijnwerpers te staan.
-
-
-
Goed werk
By Kees VosWerk is goed voor mens en maatschappij, maar dan moet het wel goed werk zijn. Dit is min of meer de kern van de boodschap in het begin 2020 verschenen WRR-rapport. Die boodschap is zeker niet nieuw, maar eerder al in diverse toonaarden verkondigd, onder meer in termen van arbeidsplaatsverbetering, functie-inhoud, humanisering van arbeid, innovatie van de werkplek, kwaliteit van het werk, sociale innovatie, taakherstructurering en -verrijking, organisatieverandering en werknemersparticipatie. De omvangrijke literatuurlijst bij het WRR-rapport kan dit nog eens extra illustreren. Daarin prijkt bijvoorbeeld een imposante reeks aan in dit verband verschenen rapporten: over de laatste 30 jaar zes van de SER en zeven van de WRR. Om nog maar te zwijgen van de talrijke initiatieven op internationaal en Europees niveau, zoals via het European Workplace Innovation Network. Al met al een aanzienlijk beleidsmatig bereik, zij het met weinig praktische impact. Waarom wil het kwartje maar niet vallen? Ook voor de WRR is het de vraag waarom het scheppen van goed werk niet massaal plaatsvindt, terwijl het toch ook in het belang van de werkgever is. Laten globalisering en technologische ontwikkeling onvoldoende ruimte voor werkplekinnovatie? Of kiezen de directies van bedrijven en instellingen als eerstverantwoordelijken en medebelanghebbenden toch onvoldoende voor de kwaliteit van het werk omdat 'de maatschappelijke baten van goed werk groter zijn dan de private baten voor een individuele werkgever' (p. 211). Waarom zouden ze ook, zolang de overheid zich op dit vlak doorgaans beperkt tot milde dwang en overreding. Vanwaar dan nu een 'nieuwe maatschappelijke opdracht'?
-
Volumes & issues
-
Volume 40 (2024)
-
Volume 39 (2023)
-
Volume 38 (2022)
-
Volume 37 (2021)
-
Volume 36 (2020)
-
Volume 35 (2019)
-
Volume 34 (2018)
-
Volume 33 (2017)
-
Volume 32 (2016)
-
Volume 31 (2015)
-
Volume 30 (2014)
-
Volume 29 (2013)
-
Volume 28 (2012)
-
Volume 27 (2011)
-
Volume 26 (2010)
-
Volume 25 (2009)
-
Volume 24 (2008)
-
Volume 23 (2007)
-
Volume 22 (2006)
-
Volume 21 (2005)
Most Read This Month
