- Home
- A-Z Publications
- Gedrag & Organisatie
- Previous Issues
- Volume 27, Issue 1, 2014
Gedrag & Organisatie - Volume 27, Issue 1, 2014
Volume 27, Issue 1, 2014
-
-
Redactioneel
Authors: Karen van Dam & Wim van BreukelenEditorialEditorial
This editorial offers an introduction to the current issue.
-
-
-
De rol van tijd in organisaties: introductie op het thema
Authors: Josette M.P. Gevers, Wendelien van Eerde & Robert RoeSamenvatting
Dit themanummer gaat over de rol van tijd in organisaties. Tijd is inherent aan elke vorm van actie en interactie, en vormt als zodanig een belangrijke factor voor het functioneren van mensen in arbeidssituaties. Dit besef lijkt aanleiding te hebben gegeven tot een recente herontdekking van het thema tijd in de hedendaagse psychologie van arbeid en organisatie. In dit inleidende artikel geven we een beknopt historisch overzicht van de aandacht die er voor dit thema is geweest, waarbij een duidelijke verschuiving zichtbaar is van de objectieve, gemeten tijd naar de subjectieve, beleefde tijd. Vervolgens belichten we een aantal situaties uit de praktijk om aan te geven dat beide invalshoeken voor ons vakgebied relevant zijn. Ook schenken we aandacht aan de ontwikkeling en de stand van zaken ten aanzien van theorievorming en onderzoeksmethoden. Ten slotte introduceren we de artikelen die in het themanummer zijn opgenomen. We besluiten met een korte reflectie op de richting voor toekomstig onderzoek.
-
-
-
Een overzicht van de timemanagementliteratuur
More LessSamenvatting
Timemanagement is een verzamelnaam voor verschillende strategieën die mogelijk helpen om de tijd onder controle te krijgen. In dit overzicht wordt een theoretische inbedding gegeven, waarna recente ontwikkelingen in het onderzoek naar timemanagement worden besproken. Er bestaat relatief weinig onderzoek naar timemanagement onder werkenden. Er zijn meer studies over studenten en die geven aan dat timemanagement gunstig is voor studieresultaten. De studies die over werk gaan, geven meer variatie te zien voor wat betreft de uitkomsten. Het gevoel van controle en de mate van stress zijn wel duidelijk gerelateerd, maar het lijkt erop dat timemanagement eerder als ondersteunend gezien moet worden dan als een directe oorzaak van prestatieverbetering op het werk. Op basis van de recente ontwikkelingen worden suggesties gegeven voor vervolgonderzoek en wordt de betekenis van de studies voor de praktijk nader beschouwd.
-
-
-
Hoe teams deadlines halen: een aanzet tot team-timemanagement
Authors: Josette M.P. Gevers & Christel G. RutteSamenvatting
Dit artikel geeft een overzicht van de stand van zaken in de wetenschappelijk literatuur ten aanzien van de vraag hoe teams hun deadlines halen. Het beschikbare materiaal wijst erop dat teams beter in staat zijn om deadlines te halen als teamleden, naast een gemeenschappelijke visie op het team en de taak, ook overeenstemming hebben over de tijdgerelateerde aspecten van de taakuitvoering. Aandacht voor tijd bij het voorbereiden, uitvoeren, bewaken en bijsturen van teamactiviteiten blijkt van cruciaal belang voor de vorming van deze zogenaamde gedeelde cognities van tijd en het realiseren van effectieve, gesynchroniseerde actiepatronen. Deze inzichten vormen een eerste aanzet tot theorievorming over team-timemanagement en een bijbehorende onderzoeksagenda op basis waarvan dit begrip en de praktische toepassing ervan verder uitgewerkt kunnen worden.
-
-
-
De rol van subjectieve tijdbeleving in organisaties
More LessSamenvatting
Tijd wordt vaak beschouwd als een structurerend en ordenend principe waarlangs dagelijkse gebeurtenissen in een chronologische volgorde kunnen worden georganiseerd. Onze subjectieve beleving van tijd (d.w.z. de ervaring van een episode als ‘kort’ of ‘lang’) is echter niet altijd direct gerelateerd aan deze meer objectieve ‘kloktijd’. Voor sommigen zal de tijd tot een deadline of het einde van een contractperiode voelen als een eeuwigheid, terwijl voor anderen eenzelfde periode als veel korter ervaren wordt. In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de relevantie van dit onderscheid tussen objectieve en subjectieve tijdbeleving in de context van werknemers met een beperkte contractduur. Werknemers met een tijdelijk contract, of werknemers die de pensioengerechtigde leeftijd benaderen, zullen zich bewust zijn van het naderende einde van hun contractperiode. Uit onderzoek blijkt dat de objectieve afstand tot een dergelijk einde van invloed is op de motivatie en de betrokkenheid van werknemers met hun organisatie. Recent onderzoek suggereert dat de subjectieve, gevoelde afstand soortgelijke effecten sorteert. Dit inzicht is relevant, daar de subjectieve afstand systematisch en strategisch kan worden aangepast en daarmee de motivatie en betrokkenheid van werknemers met een beperkte contractduur kunnen worden behouden of verhoogd.
-
-
-
Doeloriëntaties en het tijdsperspectief van oudere werknemers: is er een verband met pensioenintenties?
Authors: Maria Peeters, Bert Schreurs & Jorg DamenSamenvatting
Deze studie heeft als doel de relaties te onderzoeken tussen werkgerelateerde temporele focus (d.w.z. gerichtheid op het professionele heden, verleden of de toekomst) en de motivatie van oudere werknemers om aan het werk te blijven tot aan de pensioensleeftijd. Hierbij veronderstellen we dat doeloriëntatie de relatie tussen temporele focus en pensioenintenties medieert. Aan dit onderzoek hebben 548 werknemers van 45 jaar en ouder deelgenomen. De resultaten laten zien dat een verledenfocus positief samenhangt met het stellen van leervermijdingsdoelen, terwijl een toekomstfocus positief samenhangt met leertoenaderingsdoelen. Het stellen van leertoenaderingsdoelen is positief gerelateerd aan de intentie om langer door te werken en het hebben van leervermijdingsdoelen negatief. Geconcludeerd wordt dat het stimuleren van een toekomstfocus in combinatie met een leertoenaderingsoriëntatie een belangrijke rol speelt bij het motiveren van ouderen om door te werken tot de pensioengerechtigde leeftijd.
-
-
-
Uitstelgedrag in outplacementsituaties
Authors: Monique V.E. Leenders & Jua B.P. SandersSamenvatting
In deze studie is bij werknemers in een outplacementsituatie de relatie onderzocht tussen een aantal variabelen (locus of control, professionele zelfverzekerdheid, sollicitatie-self-efficacy, prestatiemotivatie en positieve faalangst) en uitstelgedrag. In totaal vulden 134 werknemers die hun baan verloren als gevolg van een bedrijfssluiting of een reorganisatie, werkzaam bij verschillende organisaties, de vragenlijst in. Het blijkt dat degenen met een externe locus of control en zij die lager scoren op prestatiemotivatie, meer uitstelgedrag vertonen. Werknemers die regelmatig uitstellen, bleken echter na een begeleidingsperiode van vier maanden niet minder vaak een baan te hebben dan werknemers die minder uitstellen. Mogelijk zijn er andere factoren mede van invloed op de kans om ander werk te vinden, bijvoorbeeld de vraag naar specifieke vakkrachten op de arbeidsmarkt.
-
Volumes & issues
-
Volume 36 (2023)
-
Volume 35 (2022)
-
Volume 34 (2021)
-
Volume 33 (2020)
-
Volume 32 (2019)
-
Volume 31 (2018)
-
Volume 30 (2017)
-
Volume 29 (2016)
-
Volume 28 (2015)
-
Volume 27 (2014)
-
Volume 26 (2013)
-
Volume 25 (2012)
-
Volume 24 (2011)
-
Volume 23 (2010)
-
Volume 22 (2009)
-
Volume 21 (2008)
-
Volume 20 (2007)
-
Volume 19 (2006)
-
Volume 18 (2005)
-
Volume 17 (2004)
Most Read This Month
